vervaren
Uiterlijk
- ver·va·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vervaren |
vervaarde |
vervaard |
zwak -d | volledig |
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vervaren |
vervoer |
vervaren |
klasse 6 | volledig |
- vrees aanjagen
- Voor geen kleintje vervaard zijn
veel durven
- vervoeging van vervaren: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs)
vervoeging van: | vervaren… |
geen verbogen vorm |
vervaren
- Het woord vervaren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vervaren" herkend door:
57 % | van de Nederlanders; |
61 % | van de Vlamingen.[6] |
- ↑ vervaren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ vervaren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel ver- in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 6 in het Nederlands
- Voltooid deelwoord gelijk aan onbepaalde wijs
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 57 %
- Prevalentie Vlaanderen 61 %