vertonen

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·to·nen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vertonen
vertoonde
vertoond
zwak -d volledig

Werkwoord

vertonen

  1. laten zien
    • Hij vertoonde zich zelden in het openbaar. 
  2. lijken op iets
    • Uitputtingsverschijnselen vertonen. 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be