verjagen
Uiterlijk
- ver·ja·gen
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| verjagen |
verjaagde verjoeg |
verjaagd |
| klasse 6
zwak -d |
volledig | |
verjagen
- overgankelijk dwingen om weg te gaan
- De soldaten verjoegen met schoten in de lucht de betogers.
- ▸ De hemel van de zomer verjaagt het zuur van de stad, zong Charles Trenet al: 'Wij zijn gelukkig, Route Nationale 7.'[1]
- ▸ Na uren lopen en een hele tijd zoeken vond ik een vlakke plek voor mijn tent en gooide ik eerst een aantal stenen de struiken in om eventuele slangen te verjagen.[2]
- Het woord verjagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verjagen" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 97 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑
Weblink bron Peter Giesen“Route Nationale 7, leuker dan de Route du Soleil” (30 juli 2014), de Volkskrant - ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers

- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel ver- in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 6 in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %