verdacht
Uiterlijk
- ver·dacht
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | verdacht | verdachter | verdachtst |
verbogen | verdachte | verdachtere | verdachtste |
partitief | verdachts | verdachters | - |
verdacht
- verdenking opwerpend
- Dat is een verdachte handelwijze.
verdacht
- verdacht veel: heel veel
- ▸ Het leek verdacht veel op het geronk van een dieselmotor.[2]
1.
vervoeging van |
---|
verdenken |
verdacht
- enkelvoud verleden tijd van verdenken
- Ik verdacht.
- Jij verdacht.
- Hij, zij, het verdacht.
- Ik verdacht.
- voltooid deelwoord van verdenken
- 33 Spaanse bankiers verdacht van fraude [3]
- Het woord verdacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verdacht" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ verdacht op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ verdacht-van-fraude-12338614 www.nrc.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- Zie Wikipedia voor meer informatie.