venda
Uiterlijk
venda
- (taal) Venda
- ven·da
enkelvoud | meervoud |
---|---|
venda | vendas |
venda v
vervoeging van |
---|
vendar |
venda
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van vendar
- gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van vendar
vervoeging van |
---|
vender |
venda
- venda in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española
venda
Categorieën:
- Woorden in het Fins
- Woorden in het Fins van lengte 5
- Zelfstandig naamwoord in het Fins
- Taal in het Fins
- Woorden in het Spaans
- Woorden in het Spaans van lengte 5
- Woorden in het Spaans met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Spaans
- Farmacologie in het Spaans
- Werkwoordsvorm in het Spaans
- Woorden in het Waals
- Zelfstandig naamwoord in het Waals
- Taal in het Waals