turfsteker

Nederlands

turfsteker

Uitspraak

• Geluid:  turfsteker    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• turf·ste·ker

Woordherkomst en -opbouw

• naamwoord van handeling van turfsteken met het achtervoegsel -er

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	turfsteker	turfstekers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de turfsteker m

1. (beroep) arbeider die turf wint

   ▸ `Nieuwsbode Nije Siel,'riep Imke standaard bij binnenkomst, en die kreet bracht al een glimlach om Catharina's mond. 'De oudste van Tjallinga heeft verkering met een turfsteker en Hitler en Mussolini hebben samen de Mount Everest beklommen.'

   ▸ Schelvis werd overgebracht naar een kamp waar hij als turfsteker moest werken.

Synoniemen

• turftrapper,

Hyperoniemen

• veenarbeider, veenman, veenwerker

Vertalingen

    1. arbeider die turf wint   

Engels: peat-cutter (en)

Gangbaarheid

• Het woord turfsteker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.