trapgans
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- trap·gans
Woordherkomst en -opbouw
- van Middelnederlands trapgans, in de betekenis van ‘kraanvogel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1477, op te vatten als samenstelling van trap zn "soort vogel" en gans zn "soort vogel" [1] [2] [3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trapgans | trapganzen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (trapachtigen) benaming voor vogels uit de familie Otididae
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord trapgans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ trapgans op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "trapgans" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Trapachtigen in het Nederlands
- Vogels in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal