toejuichen
Uiterlijk



- Geluid: toejuichen (hulp, bestand)
- toe·jui·chen
- samenstelling van toe bw en juichen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
toejuichen |
juichte toe |
toegejuicht |
zwak -t | volledig |
toejuichen
- met gejuich begroeten
- De aanwezigen fans juichten hun winnaar toe.
- ▸ Huldiging: De spelersbus keerde gisteravond niet terug naar de Overijsselse stad. Morgen kunnen supporters de spelers toejuichen bij de huldiging. Het team maakt dan een rit langs de IJssel in een open bus. Publiek kan langs de route staan.[1]
- Het woord toejuichen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "toejuichen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑
Weblink bron “Feest barst los in Deventer na winst Go Ahead Eagles: 'We gaan Europa in!'” (22 april 2025), NOS
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %