Naar inhoud springen

tegenspraak

Uit WikiWoordenboek
  • te·gen·spraak
enkelvoud meervoud
naamwoord tegenspraak -
verkleinwoord

detegenspraakv/m

  1. tegenspreken, ontkennen
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

tegenspraak

  1. tegenspraak