tandkarpers
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tandkarpers (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- tand·kar·pers
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tand zn en karpers zn
- tandkarper zn met de uitgang -s
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tandkarpers | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de tandkarpers mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord tandkarper
- meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een orde Cyprinodontiformes binnen de straalvinnige vissen. Ze zijn nauw verwant met de Kornaarvisachtigen en worden daar soms bij ingedeeld
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- [2] eierleggende tandkarpers, vierogen
- [2] amietsvaandrager, guppy, hoogvinkarper, killivissen, mestandkarper, Midden-Amerikaanse killivisjes, monterreyplaty, neontetra, platy, zwaarddrager
Gangbaarheid
- Het woord 'tandkarpers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Straalvinnigen in het Nederlands
- Vissen in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal