tørr

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • tørr
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Oudnoorse woord þurr
Naar frequentie 4058
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud tørr tørrere tørrest
o enkelvoud tørt
meervoud tørre
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
tørre tørrere tørreste

Bijvoeglijk naamwoord

tørr

  1. droog, dor
    «Den kalde vinteren og tørre våren har tatt livet av mange lune tujahekker.»
    De koude winter en het droge voorjaar hebben vele beschutte thujaheggen af laten sterven.
  2. niet onder water maar op het land gelegen, op het droge
  3. (van wijn) sec
  4. (figuurlijk) saai
  5. (figuurlijk) (van een grap) flauw
Synoniemen
Antoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
  • [1]: ikke være tørr bak ørene
onvolwassen en onervaren zijn
  • [2]: ha sitt på det tørre
beveiligd en vast zijn


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • tørr
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Oudnoorse woord þurr
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud tørr tørrare tørrast
o enkelvoud tørt
meervoud tørre
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
tørre tørrare tørraste

Bijvoeglijk naamwoord

tørr

  1. droog, dor
  2. niet onder water maar op het land gelegen, op het droge
  3. (van wijn) sec
  4. (figuurlijk) saai
  5. (figuurlijk) (van een grap) flauw
Synoniemen
  • [1-4]: turr
  • [4]: [[kjedelig#Nynorsk|]]
Antoniemen
  • [1]: [[fuktig#Nynorsk|]]
  • [1]: våt
  • [3]: søt
Uitdrukkingen en gezegden
  • [1]: ikke vere tørr bak øyra
onvolwassen en onervaren zijn
  • [2]: ha sitt på det tørre
beveiligd en vast zijn