sulfide

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  sulfide    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• sul·fi·de

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van het Latijnse sulfur met het achtervoegsel -ide

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	sulfide	sulfiden sulfides
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

het sulfide o

1. (scheikunde) een verbinding van zwavel waarin dit element een oxidatiegetal van -2 heeft

   • De sulfiden van koper en zilver zijn bijzonder onoplosbaar in water. 

Hyperoniemen

• chalcogenide, zwavelverbinding

Verwante begrippen

• sulfaat, sulfiet

Hyponiemen

• bariumsulfide, cadmiumsulfide, calciumsulfide, diwaterstofsulfide, kopersulfide, lithiumsulfide, magnesiumsulfide, strontiumsulfide, waterstofsulfide, zilversulfide, zinksulfide

Vertalingen

    1.   

Duits: Sulfide (de) Engels: sulfide (en)

Frans: sulfure (fr) m Spaans: sulfuro (es) m

Gangbaarheid

• Het woord sulfide staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sulfide" herkend door:

92 %	van de Nederlanders;
92 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.