springnet
Uiterlijk
- spring·net
- samenstelling van springen ww en net zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | springnet | springnetten |
verkleinwoord |
het springnet o
- net waarmee men vogels kan vangen
- De politie viel op 19 november 2005 binnen bij de beklaagde en trof er dertig lokvogelkooien, mist- en springnetten en slagmateriaal aan. In zijn kooien vonden de agenten onder meer 33 barmsijzen, 23 putters, 13 kneus, zes geelgorzen, een goudvink, kruisbekken, appelvinken, kepen en zanglijsters. [1]
- net waarin men kan springen als men in gevaar verkeerd; een net waarin men opgevangen kan worden als men moet springen om zichzelf in veiligheid te stellen
- De man die de baby uit het raam gooide, gaf na de ramp een verklaring aan de Duitse krant Bild. 'Ik stond voor het raam met mijn twee zussen en zwager. De baby is mijn neefje Onur. Hem laten vallen, was de enige kans. Voor het huis stond een agent. Ik had oogcontact met hem en wist dat het goed zou komen. De politieman trok zijn jas uit en hield die voor hem als een springnet. Ik gaf Onur nog een kus en liet hem toen vallen.' [2]
- Het woord springnet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "springnet" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ De Standaard 02 MEI 2007 Vogelvanger veroordeeld tot voorwaardelijke geldboete
- ↑ De Standaard 06/02/2008 Baby overleeft brand dankzij val van derde verdieping
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be