Naar inhoud springen

skischoen

Uit WikiWoordenboek
skischoen
  • ski·schoen
enkelvoud meervoud
naamwoord skischoen skischoenen
verkleinwoord skischoentje skischoentjes

skischoen m [1]

  1. een speciale schoen die je kunt vastklikken aan een ski
    • “Mijn zusje heeft twee kinderen en ik zie van dichtbij hoe leuk dat is. Mijn nichtje heeft nu van die heel kleine skischoentjes... superschattig. Maar ik besef ook hoe groot de verantwoordelijkheid en de zorg is als je moeder wordt. Zo’n keuze moet je heel bewust maken.[2] 
98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[3]