rijksgenoot

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rijks·ge·noot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rijksgenoot rijksgenoten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de rijksgenootm

  1. iemand die dezelfde nationaliteit heeft
  2. iemand met zijn origine in de overzeese gebiedsdelen
    • Het benoemen van herkenbare groepen die zich, al dan niet in groepsverband, keer op keer misdragen is een goede zaak, om niet te zeggen noodzaak. Weg met die linkse muilkorf! Of het nu gaat om nieuwkomers of om rijksgenoten, om Eskimo’s of Chinezen, de waarheid moet altíjd gezegd en geschreven kunnen worden. Verdoezelen werkt niet, hooguit als boemerang. Dat is de algemene opvatting. Honderden reacties op mijn kolommetje van gisteren; niet één lezer die er anders over denkt. [2] 
    • Terwijl de overheid de duizenden rijksgenoten trachtte te spreiden over het land, namen de Surinaamse welzijnsorganisaties in de Bijlmer het initiatief voor een concentratie. Met behulp van de koevoet: enkele uren na hun aankomst op Schiphol konden de soms zeer grote gezinnen hun intrek nemen in een kale kraakflat. [3] 
    • Nee, ik heb mijn discriminatievermogen gaandeweg moeten aanscherpen. Heb dingen geleerd die de deskundigen mij niet hadden verteld. Ik snap nu dat een bevel uit de mond van een ex-rijksgenoot-van-Afrikaanse origine (sorry dat ik dit zo cru opschrijf) hetzelfde is als een verzoek. Dat zou ik van een ander niet pikken. [4] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

91 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. De Telegraaf JOS VAN NOORD 11 sep. 2013 Wat U Raakt: Muilkorf
  3. Het Parool PATRICK MEERSHOEK 10 SEPTEMBER 2017 Documentaire Gliphoeve laat andere kant van het verhaal zien
  4. NRC Roel Metz 25 november 2016 Etnisch profileren, ik doe het dagelijks
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be