reikt aan

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • reikt aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanreiken

reikt (…) aan

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanreiken
    • Jij reikt aan. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanreiken
    • Hij reikt aan. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanreiken
    • Reikt aan! 

Gangbaarheid