privésecretaris

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pri·vé·se·cre·ta·ris
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord privésecretaris privésecretarissen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de privésecretarism

  1. (beroep) naaste medewerker van een hooggeplaatst persoon die alleen maar voor die ene persoon diensten verricht
     De organisatie werd geleid door de privésecretaris van Baldetti.[2]
     Eén kardinaal was er vandaag niet bij; het is de 98-jarige Italiaan Loris Francesco Capovilla. Hij was de privésecretaris van paus Johannes XXIII.[3]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron “Opnieuw anti-corruptieprotest in Guatemala” (17-05-2015), NOS
  3. Bronlink Weblink bron “Paus benoemt nieuwe kardinalen” (22-02-2014), NOS