politieman
Uiterlijk
- Geluid: politieman (hulp, bestand)
- po·li·tie·man
- samenstelling van politie en man
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | politieman | politiemannen politielieden politielui |
verkleinwoord | politiemannetje | politiemannetjes |
de politieman m
- (ordehandhaving) (beroep) iemand wiens taak het is de wet te handhaven en overtreders in de kraag te grijpen
- Hij wilde politieman worden.
- ▸ Tv-zender CNN vatte Obama’s woorden op als een aansporing voor jongeren om te blijven protesteren tegen het politiegeweld. Aanleiding voor de dagenlange protesten in Amerikaanse steden is de dood van de zwarte George Floyd, die in Minneapolis door verstikking om het leven kwam doordat hij minutenlang bekneld werd door de knie van een witte politieman.[1]
1. iemand wiens taak het is de wet te handhaven en overtreders in de kraag te grijpen
- Het woord politieman staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "politieman" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Theo Koelé“De maat is vol, Obama keert zich tegen zijn opvolger Trump” (4 juni 2020), de Volkskrant
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Ordehandhaving in het Nederlands
- Beroep in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %