plussen en minnen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • plus·sen en min·nen
Woordafbreking

Zelfstandig naamwoord

de plussen en minnenmv

  1. geheel van gunstige en ongunstige ontwikkelingen of aspecten
     We hebben gezegd: we moeten heel eerlijk zijn, met alle plussen en minnen en met alles dat goed en fout ging de afgelopen jaren.[2]
Synoniemen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
plussen en minnen
pluste en minde
geplust en gemind
zwak -d/t volledig

Werkwoord

plussen en minnen

  1. inergatief berekeningen of precieze afwegingen maken als voorbereiding op een beslissing
     NAM en Rijk moeten hun verantwoordelijkheid nemen en bij het zoeken naar oplossingen niet eindeloos gaan plussen en minnen.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. plus op website: Etymologiebank.nl
  2. Bronlink geraadpleegd op 2 april 2024 Weblink bron
    Dinand Woesthoff interview
    “Dinand Woesthoff ging diep voor boek” (22 april 2011) op nu.nl op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 2 april 2024 Weblink bron
    Max van den Berg (geciteerd)
    “‘Aardbevingscompensatie moet omhoog naar 2 miljard’” (25 oktober 2014) op nu.nl op Wikipedia