persvrijheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pers·vrij·heid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pers en vrijheid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | persvrijheid | persvrijheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (media) Het grondrecht om gedachten of gevoelens openbaar te maken in de media
- Hoofdredacteuren maken zich zorgen om Nederlandse persvrijheid [2]
Antoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord persvrijheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "persvrijheid" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ www.nu.nl
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be