perforateur
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: perforateur (hulp, bestand)
Woordafbreking
- per·fo·ra·teur
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van perforeren met het achtervoegsel -ateur [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | perforateur | perforateurs |
verkleinwoord | perforateurtje | perforateurtjes |
Zelfstandig naamwoord
de perforateur m
- (gereedschap) werktuig om te perforeren, een perforator
Vertalingen
1. zie: perforator
Gangbaarheid
- Het woord 'perforateur' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.