papoeaboomloper
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- pa·poea·boom·lo·per
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van Papoea en "oorspronkelijke bewoners van het eiland Nieuw-Guinea" en boomloper zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | papoeaboomloper | papoeaboomlopers |
verkleinwoord | papoeaboomlopertje | papoeaboomlopertjes |
Zelfstandig naamwoord
de papoeaboomloper m
- (zangvogels) Daphoenositta papuensis een zangvogel uit de familie Neosittidae . Deze soort is endemisch in Nieuw-Guinea en telt 6 ondersoorten
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'papoeaboomloper' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.