overgave

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • over·ga·ve
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord overgave overgaven
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

overgave v/m

  1. het opgeven van de strijd en zich aan de vijand onderwerpen
    • De overgave van de stad was onvermijdelijk geworden. 
  2. een volledige toewijding
    • Zij zongen vol overgave mee met de menigte. 
     Ik stortte me vol overgave op dit nieuwe, zuinige leven.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be