omvatting

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·vat·ting
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord omvatting omvattingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de omvattingv

  1. iets dat iets in het geheel omvat of beschrijft
    • De beroemdste tekening van de socialistische tekenaar Albert Hahn. ‘Géén der vleiende epigonen heeft hem óóit met zulk een volledige omvatting zijner grootheid voor ons opgeheven’, schreef bij Kuypers dood de socialist Kleerekoper over deze prent. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

91 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC (1964)–Ben van Kaam Parade der mannenbroeders geraadpleegd 2 december 2018
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be