oblaat

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oblaat
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Latijn
enkelvoud meervoud
naamwoord oblaat oblaten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de oblaatv / m

  1. (religie) hostie, ouwel
  2. (religie) avondmaalsbrood
  3. (religie) lid van een katholieke kloosterorde of iemand die van plan is om daar lid van te worden
     De pater Oblaat sprak hun taal, schreef boeken over hun eeuwenoude tradities en cultuur en werkte zich op tot een gereputeerd en alom gerespecteerd innu-deskundige.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

36 % van de Nederlanders;
59 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron
    Frans Boogaard
    “Belgische pater misbruikte tientallen vrouwen: 'Mijn oom was een monster'” (13-04-2018), Tubantia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be