nasnede
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- na·sne·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nasnede | nasnedes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- tweede keer dat men een gewas zoals gras of klaver oogst
- ▸ Bij zijn eerste oogst in 2012 haalde hij netto ruim 1800 kilogram zaad per hectare en dat in combinatie met een goede prijs, acht ton hooi en een forse nasnede.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "nasnede" herkend door:
50 % | van de Nederlanders; |
52 % | van de Vlamingen.[2] |
- Het woord 'nasnede' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Melkveehouder John Dekker gestart met graszaadteelt voor Barenbrug” op barenbrug.nl
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Prevalentie Nederland 50 %
- Prevalentie Vlaanderen 52 %
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal