lockdown
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lock·down
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lockdown | lockdowns |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (regering) officiële instructie waardoor mensen of informatie een plaats of gebied niet mogen verlaten of binnenkomen
Een voorbeeld is het voorschrift dat mensen thuis moeten blijven om snelle verspreiding van een besmettelijke ziekte te voorkomen of een streng verbod om papieren of andere informatiedragers mee te nemen als je kennis wil nemen van informatie die zeer vertrouwelijk moet blijven.- ▸ Een regionale of zelfs landelijke lockdown, waarbij in hele gebieden weer horeca of andere instellingen moeten sluiten, hoopt het kabinet te kunnen voorkomen.[1]
- ▸ Tegnell is het brein achter de controversiële aanpak van Zweden om het virus te bestrijden, en de regering van Stefan Löfven heeft zich in haar reactie op de pandemie op zijn adviezen gebaseerd. Tegnell verdedigde de afgelopen maanden stellig het losse coronaregime en bekritiseerde andere landen vanwege hun lockdowns.[2]
- ▸ Overigens concludeerde een Chinese diplomaat in Frankrijk aan de hand van volle ziekenhuizen in Spanje en Italië dat het westen te geïndividualiseerd en te egoïstisch is om de pandemie goed aan te pakken, terwijl men in Aziatische landen ‘gemeenschapszin en burgerzin’ heeft en zichzelf dus graag vrijwillig onderwerpt aan een grootschalige lockdown.[3]
- periode waarin mensen thuis moeten blijven om verspreiding van een besmettelijke ziekte tegen te gaan
- ▸ Heeft de coronacrisis ook zo’n samenbindend potentieel? In de eerste weken van de lockdown was ik daarvan overtuigd.[4]
- ▸ Het informatiebord bij het uitzichtpunt biedt hulp: in deze polder gaat het vooral om een gemengd koor van ganzen, graspiepers, blauwborsten, rietgorzen, bergeenden en kneus. Een paar honderd meter verderop merk ik dat de mantel- en zilvermeeuwen tijdens de lockdown van de afgelopen maande moed hebben gevat om in het mensloze duinlandschap hun nesten te bouwen op slechts enkele meters van het pad dat naar de zee loopt.[5]
Synoniemen
- ophokplicht (schertsend)
- staat van inperking (formeel)
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. officiële instructie waardoor mensen of informatie een plaats of gebied niet mogen verlaten of binnenkomen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord lockdown staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron
Pim van den Dool“Met een ‘stroomstoot’ wil Grapperhaus verslapping bij de burger tegengaan” (22 juli 2020) op nrc.nl - ↑
Weblink bron “Brein achter omstreden Zweedse coronastrategie geeft fouten toe” (3 juni 2020), Tubantia
- ↑
Weblink bron
Nynke van Verschuer“Filosoof Zizek over de coronacrisis: we zijn een diersoort zonder speciaal belang” (29 mei 2020) op nrc.nl - ↑
Weblink bron
Christiaan Weijts“Het is een tijd voor een nieuw ‘wij’” (23 juli 2020) op nrc.nl - ↑
Weblink bron
Michel Krielaars“Waarom vogels op mensen lijken” (25 juni 2020) op nrc.nl
Engels
Uitspraak
enkelvoud | meervoud |
---|---|
lockdown | lockdowns |
Zelfstandig naamwoord
lockdown
- De verplichting van mensen om in hun eigen ruimtes (bijv. kamer, cel of woning) of buurten te blijven als een algemene veiligheids- of gezondheidsmaatregel.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Regering in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 8
- Zelfstandig naamwoord in het Engels