ligplaats
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lig·plaats
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van lig ww en plaats zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ligplaats | ligplaatsen |
verkleinwoord | ligplaatsje | ligplaatsjes |
Zelfstandig naamwoord
- een plaats waar iemand of iets ligt
- Daar bevindt zich de openbare ligplaats.
- een plaats waar een boot kan liggen
- Ik kon nog net een goede ligplaats voor mijn boot in de jachthaven krijgen.
Vertalingen
1. een plaats waar iemand of iets ligt
|
2. een plaats waar een boot kan liggen
Gangbaarheid
- Het woord ligplaats staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "ligplaats" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %