legatie
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- le·ga·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘gezantschap’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1480 [1]
- afgeleid van legaat met het achtervoegsel -ie
- afgeleid van het Franse légation (met het achtervoegsel -atie) [2] [3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | legatie | legaties |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- gezantschap, van mindere rang dan ambassade
- functie van gezant
- gebouw waarin een gezantschap gevestigd is
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord legatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "legatie" herkend door:
75 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen.[5] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "legatie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ legatie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be