kregel
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kre·gel
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | kregel | kregeler | kregelst |
verbogen | kregele | kregelere | kregelste |
partitief | kregels | kregelers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
kregel [3]
- (informeel) geïrriteerd, prikkelbaar, ontstemd, wrevelig, gepikeerd, humeurig, knorrig, weerbarstig
- In het filmpje zien we hoe een tiener op het puntje van zijn sofa videogames speelt. Zijn moeder komt thuis en zet een kartonnen doos op de salontafel. De jongen reageert in eerste instantie kregelig op de doos die in de weg staat, maar wanneer hij ze opent, verandert er heel wat in zijn leven.[4]
- ,,Daar hebben ze een switchkanaal tijdens de Champions League, maar vergeet ook de kwalificatiewedstrijden voor het WK niet. Ik merk dat ik dat ritme nodig heb. Meer voetbal. Bij de NOS had ik één keer in de twee weken een uitzending. Daar werd ik kregelig van.”[5]
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord kregel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "kregel" herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
64 % | van de Vlamingen.[6] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "kregel" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ kregel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Standaard 10/02/2016 om 18:22 door svg
- ↑ Tubantia Dennis Jansen 19-01-2017
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be