knikkertijd
Uiterlijk
- Geluid: knikkertijd (hulp, bestand)
- knik·ker·tijd
- samenstelling van knikker en tijd
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | knikkertijd | knikkertijden |
verkleinwoord | knikkertijdje | knikkertijdjes |
de knikkertijd m
- (speelgoed) bepaalde periode(s) in een jaar waarin kinderen knikkers meenemen om te knikkeren
- Met knikkertijd nemen alle kinderen knikkers mee naar school om in de pauze mee te spelen.
- Het woord knikkertijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.