juwelierswinkel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  juwelierswinkel    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ju·we·liers·win·kel

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  juwelier zn  en  winkel zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	juwelierswinkel	juwelierswinkels
verkleinwoord	juwelierswinkeltje	juwelierswinkeltjes

Zelfstandig naamwoord

de juwelierswinkel m

1. (handel) zaak waar men juwelen verkoopt, inkoopt en repareert

   ▸ De juwelierswinkel van de Iraanse voetballegende Ali Daei is gesloten door de autoriteiten. De voormalige internationale topscorer aller tijden zou de roep om stakingen van protesterende Iraniërs hebben gesteund, meldt het Iraanse persbureau Isna.

Synoniemen

• juwelierszaak

Gangbaarheid

• Het woord juwelierswinkel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.