Naar inhoud springen

inspringen

Uit WikiWoordenboek
  • in·sprin·gen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
inspringen
sprong in
ingesprongen
klasse 3 volledig

inspringen

  1. ergatief met een sprong zich in iets begeven
    • Hij is het water ingesprongen. 
  2. (typografie) een wat grotere kantlijn onbeschreven laten
  3. (bouwkunde) stapgewijs terugwijken, een strook onbebouwd laten
  4. ergatief een opengevallen plaats innemen om hulp te bieden
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be