huisvuil
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- huis·vuil
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van huis en vuil
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | huisvuil | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het huisvuil o
- huishoudelijke afval
- Het meeste organische huisvuil kan in de gft-container.
- Het huisvuil wordt door de gemeente opgehaald.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord huisvuil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "huisvuil" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be