grootschubvissen
Uiterlijk


- (IPA in voorbereiding)
- groot·schub·vis·sen
- samenstellende samenstelling van groot bn, schub zn en vissen zn
- grootschubvis zn met de uitgang -en
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | grootschubvissen | |
| verkleinwoord |
de grootschubvissen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord grootschubvis
- meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Melamphaidae
van straalvinnige vissen uit de orde van doornvissen (Stephanoberyciformes
)
- Het woord 'grootschubvissen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 16
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstellende samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Straalvinnigen in het Nederlands
- Vissen in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal