gerundium

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·run·di·um
enkelvoud meervoud
naamwoord gerundium gerundia
verkleinwoord gerundiumpje gerundiumpjes

Zelfstandig naamwoord

gerundium o

  1. (taalkunde) zelfstandig gebruikte verbogen infinitief, zoals die voorkomt in het Latijn, maar ook in andere talen zoals het Middelnederlands
    • Maak van de volgende infinitieven gerundia. 
Vertalingen

Gangbaarheid

25 % van de Nederlanders;
44 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be