geldzucht

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geld·zucht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord geldzucht
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de geldzuchtv / m

  1. de te sterke drang naar financiële rijkdom
     De Italiaanse schrijfster Natalia Ginzburg zegt in haar Tsjechov-biografie: 'Zijn hele gedachtewereld en dagelijks leven werden beheerst door geldzucht en door religieuze handelingen.[3]
     In de Tweede Kamer was er meteen al veel verbazing en woede over het besluit van het bedrijf. Zo riepen de VVD en Denk op tot een boycot en haalde de ChristenUnie de bijbeltekst 'geldzucht is de wortel van alle kwaad' aan.[4]
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. geldzucht op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. “Het brilletje van Tsjechov : reizen door Rusland” (2014), Atlas Contact op Wikipedia, ISBN 9789045024875
  4. Bronlink geraadpleegd op 19 april 2022 Weblink bron “Tweede Kamer eist dat Booking.com bonusbedrag terugbetaalt” (02-06-2021), NOS