gartísarn
Uiterlijk
- Samenstelling van de Oudhoogduitse zelfstandige naamwoorden gart en ísarn (letterijk: gartísarn = 'tuinijzer')
gartísarn, o
- (gereedschap), (tuinieren) een ijzeren tuingereedschap
- (gereedschap), (tuinieren) schoffel
- (gereedschap), (kunst) een sikkelvormig mes
- (gereedschap), (tuinieren), (oenologie) een mes met een gebogen blad gebruikt in de tuinbouw en wijnbouw
- o (a), sterk
- [1-4]: gartísan
- Duits:
- [1]: Gartengerät (aus Eisen)
- [2]: Haue
- [3]: Sichelmesser
- [4]: Hippe