galapagosbuizerd
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- ga·la·pa·gos·bui·zerd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van Galapagos en "eilandengroep bij Ecuador" en buizerd zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | galapagosbuizerd | galapagosbuizerds |
verkleinwoord | galapagosbuizerdje | galapagosbuizerdjes |
Zelfstandig naamwoord
de galapagosbuizerd m
- (havikachtigen) Buteo galapagoensis een middelgrote roofvogel uit het geslacht buizerds en de onderfamilie van de buizerdachtigen. De vogel werd in 1837 door John Gould geldig beschreven als Polyborus galapagoensis aan de hand van door Charles Darwin verzameld materiaal tijdens zijn reis met de beagle. Het is een kwetsbare, endemische soort buizerd van de Galapagoseilanden
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'galapagosbuizerd' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.