Naar inhoud springen

fragiel

Uit WikiWoordenboek
  • fra·giel
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘breekbaar’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen fragielfragielerfragielst
verbogen fragielefragielerefragielste
partitief fragielsfragielers-

fragiel

  1. kwetsbaar, breekbaar
    • Het slanke meisje leek zeer fragiel maar toen het erop aankwam bleek ze toch heel sterk te zijn. 
     Vaticaancorrespondent Andrea Vreede: "Op deze tweede paasdag had werkelijk niemand verwacht dat opeens dit bericht zou komen over het overlijden van de paus. Gisteren leek het immers alsof hij terug was. Ook al was hij ontzettend kwetsbaar en fragiel, de paus was aanwezig. Hij was zelfs in staat om een beetje te spreken, al leek hij vermoeid.[2]
98 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[3]