edelsmid

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • edel·smid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord edelsmid edelsmeden
verkleinwoord edelsmidje edelsmidjes

Zelfstandig naamwoord

de edelsmidm

  1. (beroep) iemand die edele metalen bewerkt
    • Wij hebben een edelsmid in het dorp. 
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


Nedersaksisch

Zelfstandig naamwoord

edelsmid

  1. (beroep) edelsmid; iemand die edele metalen bewerkt