dierenverblijf

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  dierenverblijf    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• die·ren·ver·blijf

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  dier zn  en  verblijf zn  met het invoegsel -en- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	dierenverblijf	dierenverblijven
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het dierenverblijf o

1. ruimte waarin een dier gehuisvest kan worden

   ▸ De geboorte van het eerste leguanenjong verliep volgens verzorger De Boer volgens planning. "We hadden tien leguaneneieren, waarvan er twee bevrucht waren." Voor alle zekerheid werden de eieren opgegraven en uitgebroed met een broedmachine. "De temperatuur is in een dierenverblijf niet altijd optimaal en het is zo belangrijk dat dit lukt", zegt De Boer.

   ▸ Dit betekent onder meer dat zogenoemde doorstroomlocaties buiten, zoals pretparken en dierentuinen, onder voorwaarden weer open kunnen. Ze mogen één persoon per 10 vierkante meter toelaten. Binnenruimtes op deze terreinen, zoals een attractie of een dierenverblijf binnen, mogen niet open.

   ▸ Dat betekent dat doorstroomlocaties buiten, zoals pretparken en dierentuinen, onder voorwaarden weer open kunnen. Er wordt één persoon per 10 vierkante meter toegelaten. Een reservering is voor maximaal twee personen, met uitzondering van mensen uit hetzelfde huishouden en kinderen. Binnenruimtes op de terreinen, zoals een attractie of een dierenverblijf binnen, blijven gesloten. "Zo is de Python-achtbaan in de Efteling dan wel open, maar Villa Volta niet", zei Rutte vanavond. Toiletten zijn wel open.

Hyponiemen

• stal, hok

Gangbaarheid

• Het woord dierenverblijf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.