connecteren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: connecteren (hulp, bestand)
Woordafbreking
- con·nec·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse connecter of daarvoor van het Latijnse 'connectere' (met het achtervoegsel -eren)
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
connecteren |
connecteerde |
geconnecteerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
connecteren
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord connecteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.