Naar inhoud springen

close

Uit WikiWoordenboek
  • close
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen close closer closest
verbogen close* closere closeste
partitief closes closers -

close

  1. in zeer direct contact met elkaar staand
    • Hij praat. Hij laat me toe. We zijn close. "Close tussen de lakens." Vandaag droeg Sky een hemelsblauwe jurk met grote zilveren oorbellen. Met dat lange, blonde haar en die blauwe ogen leek ze wel een zomerbloem. "Close tussen de lakens is niet hetzelfde als close op emotioneel gebied." [2]
  • In de verbogen vorm wordt de e-klank aan het eind wel uitgesproken, de spelling blijft hetzelfde.
89 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[3]


vervoeging
onbepaalde wijs to  close 
he/she/it  closes 
verleden tijd  closed 
voltooid
deelwoord
 closed 
onvoltooid
deelwoord
 closing 
gebiedende wijs  close 

close

  1. sluiten