calcular
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Catalaans
stamtijd | ||
---|---|---|
tegenw. tijd |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
calculo | calculava | calculat |
1e vervoeging | volledig |
Werkwoord
calcular
Spaans
Uitspraak
- IPA: /kal.ku'laɾ/
Woordafbreking
- cal·cu·lar
Werkwoord
calcular
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
calcular |
calculaba |
calculado |
volledig |
- onovergankelijk rekenen
- overgankelijk berekenen, becijferen, calculeren, uitrekenen
- bepalen, inschatten, schatten