botssimulator
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bots·si·mu·la·tor
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van botsen ww en simulator zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | botssimulator | botssimulatoren botssimulators |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de botssimulator m
- (techniek) (verkeer) apparaat dat op een gecontroleerde wijze een botsing (van een voertuig) kan nabootsen zodat men de gevolgen van de botsing kan onderzoeken
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord botssimulator staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.