botia
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- bo·tia
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | botia | botia's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
botia
- (straalvinnigen) een geslacht Botia van straalvinnige vissen uit de familie van de modderkruipers (Cobitidae )
Hyperoniemen
- modderkruipers, karperachtigen, meervallen en karperachtigen, beenvissen, straalvinnigen, beenvisachtigen, chordadieren, dieren
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'botia' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.