borstzak
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- borst·zak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van borst en zak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | borstzak | borstzakken |
verkleinwoord | borstzakje | borstzakjes |
Zelfstandig naamwoord
borstzak m
- Een zakje op de (meestal linker) borstkas op een overhemd, een jasje, een blazer of een dinnerjacket.
- Hij droeg een pochet in zijn borstzakje
Gangbaarheid
- Het woord borstzak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "borstzak" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be