Naar inhoud springen

boomvalk

Uit WikiWoordenboek
Versie door Caudex Rax (overleg | bijdragen) op 12 jul 2019 om 15:55 (vert.: +af, +en, +fr, +it, +ru)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • boom·valk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boomvalk boomvalken
verkleinwoord boomvalkje boomvalkjes

Zelfstandig naamwoord

boomvalk v/m

  1. Sjabloon:vogels Falco subbuteo, kleine sierlijke valk, familie van de torenvalk
Vertalingen

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen