bolk

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bolk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bolk bolken
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de bolkv / m

  1. (straalvinnigen) benaming voor vissen uit het geslacht Trisopterus op Wikispecies in de orde der kabeljauwachtigen
Hyponiemen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

33 % van de Nederlanders;
24 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen